oord
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- oord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oord | oorden |
verkleinwoord | oordje | oordjes |
Zelfstandig naamwoord
oord o
- een bepaalde plaats
- Dit was een oord waar velen weer tot rust kwamen.
Hyponiemen
|
Anagrammen
Vertalingen
1. een bepaalde plaats
Gangbaarheid
- Het woord oord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "oord" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "oord" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ oord op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be