mom

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord mom mommen
verkleinwoord mommetje mommetjes

Zelfstandig naamwoord

mom v / m / o

  1. voorwendsel, schijn
  2. (drinken) soort moutbier uit Brunswijk
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
mommen

mom

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mommen
    • Ik mom. 
  2. gebiedende wijs van mommen
    • Mom! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mommen
    • Mom je? 

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[7]

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
mom moms

Zelfstandig naamwoord

mom

  1. (informeel), (familie) mam, moeder