mechaniseren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van mechaniseren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		mechaniseren			te mechaniseren
	toekomend		zullen mechaniseren			te zullen mechaniseren
voltooid	tegenwoordig		hebben gemechaniseerd			te hebben gemechaniseerd
	toekomend		gemechaniseerd zullen hebben			gemechaniseerd te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	mechaniserend		gemechaniseerd			ev. mechaniseer	mv. verouderd mechaniseert	mechanisere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	mechaniseer	mechaniseert	mechaniseert	mechaniseert	mechaniseert	mechaniseren	mechaniseren	mechaniseren
verleden (o.v.t.)	mechaniseerde	mechaniseerde	mechaniseerde	mechaniseerde	mechaniseerde	mechaniseerden	mechaniseerden	mechaniseerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal mechaniseren	zult/zal mechaniseren	zult/zal mechaniseren	zult mechaniseren	zal mechaniseren	zullen mechaniseren	zullen mechaniseren	zullen mechaniseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou mechaniseren	zou mechaniseren	zou(dt) mechaniseren	zoudt mechaniseren	zou mechaniseren	zouden mechaniseren	zouden mechaniseren	zouden mechaniseren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb gemechaniseerd	hebt gemechaniseerd	hebt/heeft gemechaniseerd	hebt gemechaniseerd	heeft gemechaniseerd	hebben gemechaniseerd	hebben gemechaniseerd	hebben gemechaniseerd
verleden (v.v.t.)	had gemechaniseerd	had gemechaniseerd	had gemechaniseerd	hadt gemechaniseerd	had gemechaniseerd	hadden gemechaniseerd	hadden gemechaniseerd	hadden gemechaniseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal gemechaniseerd hebben	zal/zult gemechaniseerd hebben	zult/zal gemechaniseerd hebben	zult gemechaniseerd hebben	zal gemechaniseerd hebben	zullen gemechaniseerd hebben	zullen gemechaniseerd hebben	zullen gemechaniseerd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gemechaniseerd hebben	zou gemechaniseerd hebben	zou/zoudt gemechaniseerd hebben	zoudt gemechaniseerd hebben	zou gemechaniseerd hebben	zouden gemechaniseerd hebben	zouden gemechaniseerd hebben	zouden gemechaniseerd hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gemechaniseerd worden
	onvoltooid				voltooid
tegenwoordig	er wordt gemechaniseerd				er is gemechaniseerd
verleden	er werd gemechaniseerd				er was gemechaniseerd
toekomend	er zal gemechaniseerd worden				er zal gemechaniseerd zijn
voorwaardelijk	er zou gemechaniseerd worden				er zou gemechaniseerd zijn