kemel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ke·mel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kemel kemels
verkleinwoord kemeltje kemeltjes

Zelfstandig naamwoord

de kemelm

  1. (verouderd) (evenhoevigen) hoefdier met twee bulten op de rug Camelus bactrianus op Wikispecies
     Volgens mijn eigen onderzoek zijn in het spitsuur drie op de vijf meisjes tussen de veertien en twintig jaar mobiel aan het bellen. Eer kruipt een kemel door het oog van een naald dan dat je ze daar van afbrengt. Er zijn ernstiger zaken aan de orde.[3]
     En hij deed Abram goed, om harentwil; zodat hij had schapen, en runderen, en ezelen, en knechten, en maagden, en ezelinnen, en kemelen.[4]
  2. (figuurlijk) blunder, flater, een stomme grote fout die je eigenlijk niet had hoeven maken
     Toen aan de kandidaten gevraagd werd of ze de uitslag van de verkiezingen zouden respecteren, schoot Trump volgens velen een kemel. 'Dat zal ik op dat moment nog wel zien. Ik hou jullie in spanning.'[5]
     Het viel op dat de deelnemers milder waren voor elkaar dan tijdens de afgelopen debatten. De campagne weegt, en iedereen lijkt voorzichtiger te zijn. En op te letten dat ze, zo kort voor 14 oktober, geen kemel schieten of zich niet vergalopperen.[6]
     Stelling: als Willy Vandersteen na de Tweede Wereldoorlog had geweigerd om zijn Suske en Wiskes in het Noord-Nederlands te laten vertalen, spraken we nu allemaal Vlaams en dan wisten we wat spreekdraad was en doddelen, een kemel, ribbediebie, truut en een gekalibreerde kwibus. En dan hoefden we niet zo schaapachtig stom te lachen als het woord goesting, plezant of amaai valt. En is er al eens door middel van een vergelijkend warenonderzoek uitgezocht hoe Nooit meer slapen is vertaald in het Engels, Duits en Frans?[7]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Citaten
  • [1] Het is lichter, dat een kemel ga door het oog van een naald, dan dat een rijke inga in het Koninkrijk Gods.
    Het is praktisch onmogelijk om naar de hemel te gaan als je aan bezittingen hecht [8]
Opmerkingen
  • De Middelnederlandse vorm kemel in de betekenis van "kameel" wordt hoofdzakelijk nog in Bijbeltaal en in versteende uitdrukkingen aangetroffen. In de figuurlijke betekenis "blunder" is het nog gangbaar in Vlaanderen.
Vertalingen

Gangbaarheid

25 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[9]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. kemel op website: Etymologiebank.nl
  3. Bronlink Weblink bron
    S. Montag
    Hollands Glorie (26 januari 2008) in: NRC
  4. Bronlink geraadpleegd op 2 oktober 2020 Weblink bron Genesis 12:16 in: Bijbel, Statenvertaling (Jongbloed-editie) (1888) op statenvertaling.net
  5. Bronlink Weblink bron
    rdc
    “Donald Trump: 'Ik zal nog zien of ik het verkiezingsresultaat accepteer'” (20 okotober 2016) op standaard.be
  6. Bronlink Weblink bron
    jcd & blg
    “Iedereen wil meer trams in Gent, zelfs Anneleen Van Bossuyt” (3 oktober 2018) op standaard.be
  7. Bronlink Weblink bron
    Erik Bindervoet, Robbert-Jan Henkes
    Groeten uit (13 juli 2007) in: NRC
  8. Bronlink geraadpleegd op 2 oktober 2020 Weblink bron Matteüs 19:24 in: Bijbel, Statenvertaling (Jongbloed-editie) (1888) op statenvertaling.net
  9. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be