Naar inhoud springen

akelig

Uit WikiWoordenboek
Een akelig tafereel: het lichaam van een jongen dat is verbrand als gevolg van een V2-inslag (foto genomen in Antwerpen, 1944)
  • ake·lig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen akelig akeliger akeligst
verbogen akelige akeligere akeligste
partitief akeligs akeligers -

akelig

  1. huiveringwekkend, vreeswekkend, griezelig
    • Het was een akelig gezicht. 
  2. onaangenaam, ziek, naar
    • Hij voelt zich al een aantal dagen lang akelig. 
  3. vervelend
    • Wat een akelige jongen is dat toch! 
stellend vergrotend overtreffend
akelig akeliger het akeligst


akelig

  1. in hoge mate
    • De huur van dit huis is echt akelig hoog. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]