starten: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
HydrizBot (overleg | bijdragen)
k Robot: opschonen van oude interwikilinks
→‎top: prevalentie-informatie met AWB
Regel 72: Regel 72:
{{trans-mid}}
{{trans-mid}}
{{trans-bottom}}
{{trans-bottom}}
{{-preval-}}
{{wel-GB}}
{{crr13|N=100|V=100}}
{{refs}}
{{refs}}



{{=dan=}}
{{=dan=}}
Regel 81: Regel 83:
{{-noun-|0}}
{{-noun-|0}}
{{dan-dec21|start|c}}
{{dan-dec21|start|c}}



{{=nor=}}
{{=nor=}}
Regel 89: Regel 90:
{{-noun-|0}}
{{-noun-|0}}
{{nor-dec21|start|c}}
{{nor-dec21|start|c}}



{{=nno=}}
{{=nno=}}

Versie van 20 mei 2017 07:53

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • star·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
starten
startte
gestart
zwak -t volledig

Werkwoord

starten

  1. overgankelijk iets op gang brengen
    • Hij had zijn motor nog niet gestart. 
  2. ergatief ergens een begin mee maken
    • Hij is al vroeg in de morgen gestart. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen


Deens

Woordafbreking
  • star·ten
Naar frequentie 2114

Zelfstandig naamwoord

starten, g

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van start


Noors

Woordafbreking
  • star·ten
Naar frequentie 2915

Zelfstandig naamwoord

starten,

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van start


Nynorsk

Woordafbreking
  • star·ten

Zelfstandig naamwoord

starten, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van start