technieklokaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tech·niek·lo·kaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van techniek en lokaal
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | technieklokaal | technieklokalen |
| verkleinwoord | technieklokaaltje | technieklokaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
het technieklokaal o
- (onderwijs) een klaslokaal dat ingericht is op en waarin men les geeft in het schoolvak waarin techniek centraal staat, waaronder elektriciteit, het werken met materialen als hout en metaal en meer.
Verwante begrippen
- aardrijkskundelokaal, biologielokaal, economielokaal, geschiedenislokaal, godsdienstlokaal, handvaardigheidlokaal, informaticalokaal, muzieklokaal, natuurkundelokaal, scheikundelokaal, sportlokaal, tekenlokaal, wiskundelokaal
- techniekboek, techniekleraar, technieklerares, techniekles, techniekonderwijs
Gangbaarheid
- Het woord technieklokaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.