stofzuigeren/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van stofzuigeren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | stofzuigeren | te stofzuigeren | ||||||
toekomend | zullen stofzuigeren | te zullen stofzuigeren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gestofzuigerd | te hebben gestofzuigerd | ||||||
toekomend | gestofzuigerd zullen hebben | gestofzuigerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
stofzuigerend | gestofzuigerd | ev. stofzuiger |
mv. verouderd stofzuigert |
stofzuigere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | stofzuiger | stofzuigert | stofzuigert | stofzuigert | stofzuigert | stofzuigeren | stofzuigeren | stofzuigeren | |
verleden (o.v.t.) | stofzuigerde | stofzuigerde | stofzuigerde | stofzuigerde | stofzuigerde | stofzuigerden | stofzuigerden | stofzuigerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal stofzuigeren | zult/zal stofzuigeren | zult/zal stofzuigeren | zult stofzuigeren | zal stofzuigeren | zullen stofzuigeren | zullen stofzuigeren | zullen stofzuigeren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou stofzuigeren | zou stofzuigeren | zou(dt) stofzuigeren | zoudt stofzuigeren | zou stofzuigeren | zouden stofzuigeren | zouden stofzuigeren | zouden stofzuigeren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gestofzuigerd | hebt gestofzuigerd | hebt/heeft gestofzuigerd | hebt gestofzuigerd | heeft gestofzuigerd | hebben gestofzuigerd | hebben gestofzuigerd | hebben gestofzuigerd | |
verleden (v.v.t.) | had gestofzuigerd | had gestofzuigerd | had gestofzuigerd | hadt gestofzuigerd | had gestofzuigerd | hadden gestofzuigerd | hadden gestofzuigerd | hadden gestofzuigerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal gestofzuigerd hebben | zal/zult gestofzuigerd hebben | zult/zal gestofzuigerd hebben | zult gestofzuigerd hebben | zal gestofzuigerd hebben | zullen gestofzuigerd hebben | zullen gestofzuigerd hebben | zullen gestofzuigerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gestofzuigerd hebben | zou gestofzuigerd hebben | zou/zoudt gestofzuigerd hebben | zoudt gestofzuigerd hebben | zou gestofzuigerd hebben | zouden gestofzuigerd hebben | zouden gestofzuigerd hebben | zouden gestofzuigerd hebben |