knuffel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knuf·fel
enkelvoud meervoud
naamwoord knuffel knuffels
verkleinwoord knuffeltje knuffeltjes

Zelfstandig naamwoord

knuffel m

  1. liefdevolle omhelzing
  2. van zacht materiaal vervaardigde speelgoedpop
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
knuffelen

knuffel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knuffelen
    • Ik knuffel. 
  2. gebiedende wijs van knuffelen
    • Knuffel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knuffelen
    • Knuffel je? 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be