kram
Uiterlijk
- kram
- In de betekenis van ‘kram, haak’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1367.[1]
- erfwoord: Middelnederlands cramme ‘kram, haak’, afgeleid uit een onovergeleverd ww. ontwikkeld uit Oergermaans *krammōn- (waaruit Middelhoogduits krammen ‘met de klauwen grijpen’), een ablautend iteratief bij *krimman- (vanwaar Middelnederlands crimmen ‘met de klauwen grijpen, pakken’), bij Indo-Europees *gremH- ‘samenvatten’, waartoe ook Latijn gremium ‘armvol, schoot’, Litouws grumiúos ‘worstelen met’, grumùlas ‘klomp’ en Middelperzisch grāmag ‘rijkdom; boedel’ behoren.[2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kram | krammen |
verkleinwoord | krammetje | krammetjes |
- U-vormig gebogen bevestigingsmiddel met spitse punten
- Krammen worden onder andere gebruikt voor het vastmaken van prikkeldraad of ijzerdraad aan palen en het vastzetten van kippengaas.
- (Nederland) wondhaakje, hechting
- De wond werd met krammetjes dichtgehecht.
vervoeging van |
---|
krammen |
kram
- Het woord kram staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kram" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "kram" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kram op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Kroonen, Guus, Etymological Dictionary of Proto-Germanic, Leiden: Brill, 2013; blz. 301
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Erfwoord in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 81 %
- Prevalentie Vlaanderen 80 %