fee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fee
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vrouwelijke sprookjesfiguur’ voor het eerst aangetroffen in 1871 [1]
  • [1] [2]
  • [2] Herkomst: Hebreeuws en/of Jiddisj[3]
[1] enkelvoud meervoud
naamwoord fee feeën
verkleinwoord feetje feetjes
[2] enkelvoud meervoud
naamwoord fee fees
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

fee

  1. v vrouwelijk wezen in sprookjes met bovennatuurlijke krachten
  2. v/m (Jiddisch-Hebreeuws) zeventiende letter van het alfabet, in gespirantiseerde versie
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudengelse feoh.
enkelvoud meervoud
fee fees

Zelfstandig naamwoord

fee

  1. bedrag
  2. toegangsgeld