Naar inhoud springen

dwaas

Uit WikiWoordenboek
  • dwaas
  • In de betekenis van ‘zonder verstand’ voor het eerst aangetroffen in 1287 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord dwaas dwazen
verkleinwoord dwaasje dwaasjes

dedwaasm

  1. (scheldwoord) iemand die onverstandig denkt en/of handelt
    • De dwaas maakte veel lawaai op de markt 
     Isaac was al eerder in dit huis geweest, hij had er als jongen als een dwaas in rondgerend, maar Teresa was toen nog te jong geweest en ze had dus niet van het bestaan van deze zolder geweten.[3]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen dwaasdwazerdwaast
verbogen dwazedwazeredwaaste
partitief dwaasdwazers-

dwaas

  1. onverstandig, gek
     wat was het dwaas van mij om te denken dat Amsterdam mijn stad kon worden, dat ik ooit bij Johannes Brandt kon passen.[4]
     Het was nog te vroeg om te weten of ik blind en/of dwaas was geweest om zo lang van huis te zijn. De tijd zou uitwijzen wat de gevolgen van mijn lange afwezigheid zouden zijn op mijn kinderen.[5]
 De dwaze man deed veel onverstandige dingen zoals schelden tegen de politieagent. 
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[6]
  1. "dwaas" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. dwaas op website: Etymologiebank.nl
  3. Jessie Burton vert. Marja Borg
    “De muze” (2017), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789024574704
  4. Jessie Burton vert. Mieke Trouw-Luyckx
    “Het huis aan de gouden bocht” (2014), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789021809526
  5. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  6. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
stellend attributiefvergrotend overtreffend
dwaasdwasedwaserdwaasste

dwaas

  1. dwaas
enkelvoud meervoud
naamwoord dwaas dwase

dwaas

  1. dwaas