devies

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

L'Union fait la force is het devies van België
Uitspraak
Woordafbreking
  • de·vies
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord devies deviezen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het devieso

  1. woord of korte tekst (bijv. een spreuk) die snel en tegelijkertijd duidelijk een bepaalde boodschap moet overbrengen
    • Achttien nieuwe plannen tegen drukte: Wethouder Ollongren komt met nieuwe plannen om de overlast door toeristen te beperken. Spreiding is het devies.[3] 
  2. (economie) waardepapier
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen