deelnemen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
deelnemen | deelnemend |
deelname | deelgenomen |
deelneming |
Uitspraak
Woordafbreking
- deel·ne·men
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van deel en nemen [1]
Vaste voorzetsels
- deelnemen aan
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
deelnemen |
nam deel |
deelgenomen |
klasse 4 | volledig |
Werkwoord
deelnemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. meedoen, meevoelen
|
Gangbaarheid
- Het woord deelnemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "deelnemen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ deelnemen op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 4 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %