dansen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dan·sen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘op muziek bewegen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
dansen |
danste |
gedanst |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
dansen
- inergatief sierlijk en ritmisch bewegen, gewoonlijk op muziek
- Er werd gedanst op muziek uit de jaren dertig.
- Mag ik met je dansen vroeg de verlegen jongen aan het meisje.
- niet stilstaan
- Door de enorme vermoeidheid dansten de letters voor mijn ogen.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- naar iemands pijpen dansen
- als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
- De dans ontspringen
aan een gevaar ontkomen
- De poppen aan het dansen hebben
Problemen hebben door iets
- Met Sint Juttemis als de kalveren op het ijs dansen
Nooit! (Sint Juttemis valt op 17 augustus, en dan ligt er geen ijs)
- Te dom zijn om voor de du(i)vel te dansen
heel erg dom zijn
Vertalingen
1. ritmisch bewegen
|
Zelfstandig naamwoord
dansen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord dans
Gangbaarheid
- Het woord dansen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dansen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Inergatief werkwoord in het Nederlands
- Zelfstandig-naamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %