danskunst

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dans·kunst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord danskunst danskunsten
verkleinwoord danskunstje danskunstjes

Zelfstandig naamwoord

de danskunstv

  1. de kunst van het ritmisch en sierlijk bewegen van het lichaam op muziek
     Daar geen spontane zang of verjaardagscadeaus. Wel dankbare woorden van balletgrootheid Alexandra Radius, bij het in ontvangst nemen van een prijs. "Door de toewijding en erkenning van prinses Beatrix heeft de Nederlandse danskunst de statuur die het verdient."[2]
     In 1964 won Petra Burka brons op het WK en de Olympische Winterspelen. Het goud ging beide keren naar Sjoukje Dijkstra. Die stapte in 1965 over naar de ijsrevue, waarna Petra Burka dat jaar op het wk goud won voor Canada. En voor haar moeder. Ellen Burka-Danby bleef nog jarenlang een succesvolle trainer/coach en ontwikkelde mede het succesvolle concept ‘theater on ice’; kunstrijden als een vorm van danskunst, waarbij de muziek niet langer ondersteunend is, maar leidend.[3]
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 29 april 2023 Weblink bron “Beatrix 80: nog altijd zeer geïnteresseerd, levendig en toegankelijk” (Woensdag 31 januari 2018, 06:32), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 29 april 2023 Weblink bron “Ellen Burka, overleven op kunstschaatsen” (Zondag 11 januari 2015, 14:08), NOS