toenemen
Uiterlijk
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
toenemen | toenemend |
toename | toegenomen |
- toe·ne·men
- samenstelling van toe bw en nemen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
toenemen /'tu.ne.mə(n)/ |
nam toe /nɑm 'tu/ |
toegenomen /'tu.ɣə.no.mə(n)/ |
klasse 4 | volledig |
toenemen
- ergatief groter worden in getal of maat
- De bevolking van de aarde is flink toegenomen.
- ▸ Het aantal meldingen van rattenoverlast in Amsterdam is vorig jaar weer toegenomen. In 2024 ontving de gemeente 6800 meldingen, 600 meer dan het jaar daarvoor, meldt wethouder publieke gezondheid en preventie Alexander Scholtes in een brief aan de gemeenteraad.[1]
- Het woord toenemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toenemen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑
Weblink bron “Extra geld voor rattenbestrijding Amsterdam, maar 'rat hoort nu eenmaal in de stad'” (18 april 2025), NOS
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 4 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %