respect

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  respect    (hulp, bestand)
• IPA: /rɛsˈpɛkt/

Woordafbreking

• res·pect

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘eerbied’ voor het eerst aangetroffen in 1637
• Afgeleid van het Franse respect en het Latijnse woord respectus

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	respect	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

respect o

1. gevoel van bewondering op geestelijk en zedelijk vlak

   • Respect voor buschauffeurs is tegenwoordig soms ver te zoeken. 

   ▸ Er viel hierboven niks te faken of te bluffen, de bergen dwongen me om hen met respect en nederigheid te bejegenen.

2. erkenning

   • Ik wil respect!!! 

Synoniemen

• eerbied, achting, piëteit

Antoniemen

• disrespect

Hyponiemen

• zelfrespect

Afgeleide begrippen

• respectbandje, respectblad, respectief, respectloos, respectueus, respectvol

Vertalingen

    eerbied uit hoogachting of angst   

Bulgaars: респект (bg) m Duits: Respekt (de) m Engels: respect (en) Frans: respect (fr) m Ido: respekto (io)

Italiaans: rispetto (it) m Pools: szacunek (pl) m Spaans: respeto (es) m Turks: saygı (tr) Zweeds: respekt (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord respect staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "respect" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

enkelvoud	meervoud
respect	-

Zelfstandig naamwoord

respect

1. respect

Frans

enkelvoud		meervoud
zonder lidwoord	met lidwoord	zonder lidwoord	met lidwoord
respect	le respect	respects	les respects

Zelfstandig naamwoord

respect m

1. respect