iets

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • iets
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘een of ander ding’ voor het eerst aangetroffen in 1348.[1]
  • Met toegevoegd -s onder invloed van niets, uit Middelnederlands iet, waarvoor zie iet.

Onbepaald voornaamwoord

iets

  1. een onbepaalde of niet-gespecificeerde, stoffelijke of onstoffelijke zaak; een ongenoemd voorwerp
    • Hij heeft daarover wel iets gezegd, maar het is me ontschoten. 
     Maar er moest ergens iets fout zijn gegaan, aangezien de hele gietvorm van de brugoverspanning in de slotfase was ingestort. Dat was het enige wat met zekerheid kon worden gezegd.[2]

Bijwoord

  1. een beetje, enigszins
    • Hij kwam iets dichterbij staan. 
    • We komen iets later. 
    • Het is op zich goed, maar iets te prijzig. 
     De volle fles legde ik tussen mijn benen in de hoop mijn slaapzak iets op te warmen.[3]
Synoniemen
Antoniemen
Anagrammen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

  1. "iets" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044628142
  3. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be