ietsepietsje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ietsepietsje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈitsəˌpitʃə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- iet·se·piets·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ietsepietsje | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het ietsepietsje o
- heel klein beetje
- ▸ Het gaat er vooral om dat mensen ietsepietsje meer vertrouwen krijgen om geld uit te geven en de binnenlandse bestedingen toenemen.[2]
Synoniemen
- ietsepietsie, ietsjepietsje (uitspraakvariant)
- tikkeltje
Gangbaarheid
- Het woord 'ietsepietsje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ietsepietsje" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ ietsepietsje op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Eppo König“‘De FNV is uiteindelijk ook een bedrijf’” (17 mei 2014) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -e- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 85 %
- Prevalentie Vlaanderen 76 %