Naar inhoud springen

alstublieft

Uit WikiWoordenboek
Bord met het opschrift Rustig aan alstublieft.
  • als·tu·blieft
  • van de verbinding van als, 't, u  en blieft, versmolten tot één enkel woord; als ‘tussenwerpsel: verzoek’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1721 [1] [2] [3]

alstublieft

  1. (formeel) toevoeging als beleefde aandrang bij een verzoek of versterking bij een bevel
    • Wilt u alstublieft even doorlopen! 
     Ik zette meteen mijn sm-stem op. Dat ging vanzelf - als je een Engelsman zoals Gerry hoorde praten, probeerde je je stem gewoon net zo te laten klinken als de zijne. 'U spreekt met Odelle Bastien,' zei ik. 'Zou ik Lawrie even kunnen spreken, alstublieft?'[4]
     Nu is mijn witte paard ziek. Wilt u alstublieft een drank voor hem maken? Volgende week gaan wij naar Holland en zonder dat paard kan ik niet over de daken rijden.[5]'
  2. (formeel) vaste toevoeging wanneer men iets aan iemand anders overhandigt/overdraagt
    • Alstublieft, (hier is) uw nieuwe creditcard. 
    • Alstublieft, (hier is) uw rekening! 
  3. uitroep die een soort van vertwijfeling uitdrukt (in dit geval vaak gecombineerd met het tw. zeg)
    • Alstublieft zeg, wat een niveau! 
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[6]