Rechning

Pennsylvania-Duits

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈrɛçnɪŋ /

Woordafbreking

• Rech·ning

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van het Duitse woord  Rechnung zn , dat van de Middelhoogduitse woorden  rechenungez zn ,  rechnunge zn  komt, dat weer van het Oudhoogduitse woord  rehhanunga zn  komt
• Een Pennsylvania-Duits zelfstandig naamwoord met het achtervoegsel -ning

	enkelvoud (onbepaald)	enkelvoud (bepaald)	meervoud (onbepaald)	meervoud (bepaald)
nominatief	en Rechning	die Rechning	Rechninge	die Rechninge
datief	re Rechning	der Rechning	Rechninge	de Rechninge
accusatief	en Rechning	die Rechning	Rechninge	die Rechninge

Zelfstandig naamwoord

Rechning, v

1. (financieel) rekening

   «Ich hab all mei Rechninge zu rechte Zeit bezaahlt.»

   Ik heb al mijn rekeningen op tijd betaald.

• 
  En Rechning
  Een rekening

Vertalingen

• Duits: Rechnung, v
• Engels: account, bill, calculation