financieel
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: financieel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fi·nan·ci·eel
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | financieel | financiëler | financieelst |
verbogen | financiële | financiëlere | financieelste |
partitief | financieels | financiëlers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
financieel
- met betrekking tot geld, geldelijk
- Door de financiële crisis krijgen ook niet-financiële instellingen het moeilijk.
- ▸ Meneer Wang heeft nadrukkelijk verklaard dat het in zijn intenties ligt het hotel in zijn oude luister te herstellen, waarbij de financiële armslag waarover hij naar het zich laat aanzien beschikt zeer zeker van pas zal komen.[2]
Synoniemen
Vertalingen
1. met betrekking tot geld, geldelijk
Gangbaarheid
- Het woord financieel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'financieel' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ financieel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Pfeiffer, Ilja Leonard
“Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers
, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 16