zeshonderdeenentwintig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

0 6 2 1
zeshonderdeenentwintig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·hon·derd·een·en·twin·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

zeshonderdeenentwintig

  1. "621", het getal tussen zeshonderdtwintig en zeshonderdtweeëntwintig, zeshonderd plus eenentwintig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen zeshonderdeenentwintig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer zeshonderdeenentwintig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "zeshonderdeenentwintig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord zeshonderdeenentwintig zeshonderdeenentwintigs
verkleinwoord zeshonderdeenentwintigje zeshonderdeenentwintigjes

Zelfstandig naamwoord

de zeshonderdeenentwintigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 621 is aangeduid
    • Als jij zeshonderdeenentwintig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

zeshonderdeenentwintig mv

  1. groep van 621 eenheden
    • Die zeshonderdeenentwintig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid