zdroj

Slowaaks

Uitspraak

• IPA: /zdrɔj/

Woordafbreking

• zdroj

Zelfstandig naamwoord

zdroj m

1. bron; een object waarvan iets uitgaat
2. bron; iets dat het onstaat van iets anders veroorzaakt

Synoniemen

1. prameň m, žriedlo o, studnica v
2. –

Afgeleide begrippen

• zdrojový

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /zdrɔj/
• Geluid:  zdroj    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zdroj

Zelfstandig naamwoord

zdroj monbezield

1. bron; een object waarvan iets uitgaat

   «Slunce je zdrojem tepla a světla.»

   De zon is een bron van warmte en licht.

2. bron; iets dat het onstaat van iets anders veroorzaakt

   «Je nutné vypátrat zdroj nákazy a zabránit dalšímu šíření epidemie.»

   Het is nodig de besmettingsbron op te sporen en een verdere verspreiding van de epidemie te voorkomen.

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	zdroj	zdroje
genitief	zdroje	zdrojů
datief	zdroji	zdrojům
accusatief	zdroj	zdroje
vocatief	zdroji	zdroje
locatief	zdroji	zdrojích
instrumentalis	zdrojem	zdroji

Synoniemen

1. pramen monbezield, původ monbezield
2. původce mbezield

Afgeleide begrippen

• prazdroj monbezield
• zdrojař m
• zdrojnice v
• zdrojný
• zdrojový

Typische woordcombinaties

bodový zdroj monbezield lidské zdroje monbezieldmv obnovitelný zdroj monbezield

přírodní zdroj monbezield světelný zdroj / zdroj světla monbezield webový zdroj monbezield

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch / Duits)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.