Naar inhoud springen

vrijheidsstrijder

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 14 jun 2019 om 16:02 (→‎top: vervanging sjabloon samenstelling)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vrij·heids·strij·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vrijheidsstrijder vrijheidsstrijders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

vrijheidsstrijder m

  1. (militair) krijger, rebel of activist die zich inzet voor de vrijheid van zijn of haar onderdrukte volk, en door de vijand vaak gezien als terrorist of militant
    • Als puber vatte hij het idee op om Palestijns vrijheidsstrijder te worden, „uit woede over de Westerse pro-Israël-politiek”. Met een nepgeweer trok hij zich terug in de bossen rond Baardegem om te trainen. Maar zijn jeugdige radicalisering, zoals hij het zelf noemt, duurde niet lang. „Van mijn vader moest ik hard leren: het béter doen dan alle Vlamingen om me heen. En als ik vader niet gehoorzaamde wachtte een pak rammel. Alle woede en energie heb ik daarna gestopt in school en studie.” [1] 
Synoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC Tijn Sadée 22 december 2016