verre

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·re
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

verre

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ver
     Ze was dan ook allang blij dat ze niet met mij mee hoefde op mijn verre reizen, maar was wel vanaf het begin mijn grootste supporter.[2]


Bijwoord

verre [3] [4]

  1. in hoge mate
  2. (formeel) ver
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. verre op website: Etymologiebank.nl
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  4. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be


Frans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  verre     le verre     verres     les verres  

Zelfstandig naamwoord

verre m

  1. glas


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·re
Naar frequentie 669

Bijvoeglijk naamwoord

verre

  1. vergrotende trap van dårlig
Synoniemen

Bijvoeglijk naamwoord

verre

  1. vergrotende trap van ond

Bijvoeglijk naamwoord

verre

  1. vergrotende trap van vond

Bijwoord

verre

  1. vergrotende trap van vondt


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·re

Bijvoeglijk naamwoord

verre

  1. vergrotende trap van vond