trompettist
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: trompettist (hulp, bestand)
Woordafbreking
- trom·pet·tist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trompettist | trompettisten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de trompettist m
- (muziek), (beroep) musicus die een trompet bespeelt
- Zonder ventielen te gebruiken blies de trompettist de schrille tonen van de 'last post'.
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. musicus die een trompet bespeelt
Gangbaarheid
- Het woord trompettist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trompettist" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ist in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Muziek in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 89 %