stellig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stel·lig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen stellig stelliger stelligst
verbogen stellige stelligere stelligste
partitief stelligs stelligers -

Bijvoeglijk naamwoord

stellig [3]

  1. zeer zeker
  2. met volle overtuiging en geen ruimte voor twijfel latend
    • Er volgde een stellige ontkenning van een verband tussen de gebeurtenissen van 11 september en het bewind van Saddam. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen