Naar inhoud springen

soeverein

Uit WikiWoordenboek
  • soe·ve·rein
enkelvoud meervoud
naamwoord soeverein soevereinen
verkleinwoord - -

[A]desoevereinm

  1. (politiek) heerser met een aan geen hoger gezag ondergeschikte macht
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen soevereinsoevereinersoevereinst
verbogen soevereinesoevereineresoevereinste
partitief soevereinssoevereiners-

[A] soeverein

  1. van geen hoger gezag afhankelijk
  2. op een overheersende manier
enkelvoud meervoud
naamwoord soeverein soevereinen
verkleinwoord - -

[B]desoevereinm

  1. schuine kant
94 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[5]