sklo
Uiterlijk
- IPA: /sklɔ/
- Afgeleid van het Proto-Slavische *stьklo
sklo o
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- sklo
- Afgeleid van het Oudtsjechische stklo
sklo o
- (materiaalkunde) glas; een niet-kristallijne vaste stof
- (materiaalkunde) glas; een niet-kristallijne vaste stof [1] specifiek op basis van siliciumoxide (SiO2)
- «Otevřeným oknem k nám dolehl třesk rozbíjeného skla.»
- Door het geopende raam hoorden wij de klap van brekend glas.
- «Otevřeným oknem k nám dolehl třesk rozbíjeného skla.»
- glas; een product vervaardigd uit [2]
- «České broušené sklo je známé po celém světě.»
- Geslepen Tsjechisch glas is over de hele wereld bekend.
- «České broušené sklo je známé po celém světě.»
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | sklo | skla |
genitief | skla | skel |
datief | sklu | sklům |
accusatief | sklo | skla |
vocatief | sklo | skla |
locatief | skle | sklech |
instrumentalis | sklem | skly |
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovní jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
Categorieën:
- Woorden in het Slowaaks
- Woorden in het Slowaaks met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Slowaaks
- Woorden in het Tsjechisch
- Woorden in het Tsjechisch met IPA-weergave
- Woorden in het Tsjechisch met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Materiaalkunde in het Tsjechisch
- Onzijdig zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch