separate
Uiterlijk
- se·pa·ra·te
separate
- verbogen vorm van de stellende trap van separaat
- naamwoord
- Geluid: separate (US) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈsɛpərət/
- werkwoord
- Geluid: separate (US) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈsɛpəreɪt/
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
separate | - | - |
separate
- afzonderlijk, eigen
- «Each language can have its separate Wiktionary.»
- Iedere taal kan zijn eigen WikiWoordenboek krijgen.
- «Each language can have its separate Wiktionary.»
enkelvoud | meervoud |
---|---|
separate | separates |
separate
- (gewoonlijk meervoud) kledingstukken die afzonderlijk verkocht worden.
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to separate |
he/she/it | separates |
verleden tijd | separated |
voltooid deelwoord |
separates |
onvoltooid deelwoord |
separating |
gebiedende wijs | separate |
separate
- overgankelijk scheiden, afzonderen
- «That will separate the boys from the men.»
- Dat zal de jongens van de mannen scheiden.
- «That will separate the boys from the men.»
- onovergankelijk schiften
- «The sauce will separate if you don't keep stirring.»
- De saus gaat schiften als je niet doorroert.
- «The sauce will separate if you don't keep stirring.»
- overgankelijk uiteengaan; uit elkaar gaan
- «After an unhappy marriage, the husband and wife have decided to separate.»
- Na een ongelukkig huwelijk, de man en vrouw hebben decideert naar uiteengaan.
- «After an unhappy marriage, the husband and wife have decided to separate.»
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 8
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Engels
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Werkwoord in het Engels
- Overgankelijk werkwoord in het Engels
- Onovergankelijk werkwoord in het Engels