Naar inhoud springen

prestekrage

Uit WikiWoordenboek
  • pres·te·kra·ge
Naar frequentie 122348
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   prestekrage     prestekragen     prestekrager     prestekragene  
genitief   prestekrages     prestekragens     prestekragers     prestekragenes  

prestekrage, m

  1. (kleding), (religie) molensteenkraag, molenkraag, pijpkraag, plooikraag, lubbenkraag
  2. (plantkunde) gewone margriet
  • Zie Wikipedia voor meer informatie. ([1], in het Noors)
  • Zie Wikipedia voor meer informatie. ([2], in het Noors)


  • pres·te·kra·ge
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   prestekrage     prestekragen     prestekragar     prestekragane  

prestekrage, m

  1. (kleding) molensteenkraag, molenkraag, pijpkraag, plooikraag, lubbenkraag
  2. (plantkunde) gewone margriet
  • Zie Wikipedia voor meer informatie. ([2], in het Nynorsk)