officiersrang
Uiterlijk
- of·fi·ciers·rang
- samenstelling van officier en rang met het invoegsel -s-
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | officiersrang | officiersrangen |
| verkleinwoord | - | - |
de officiersrang m
- (militair) rang die officieren van het leger of de marine kan hebben
- ▸ En, hadden ze geprobeerd uit te leggen, na de oorlog zou elke werkgever waardering hebben voor de werkzoekende die een officiersrang uit het leger had.[1]
- Het woord officiersrang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus
, ISBN 9789044628142
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 13
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Invoegsel -s- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Militair in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Woordenlijst Nederlandse Taal