neutraal
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- neu·traal
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | neutraal | neutraler | neutraalst |
verbogen | neutrale | neutralere | neutraalste |
partitief | neutraals | neutralers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
neutraal
- geen partij kiezend in een conflict, afzijdig, onpartijdig
- De neutrale landen boden aan te bemiddelen in het geschil.
- (scheikunde) noch een positieve noch een negatieve lading dragend
- Het anion en het kation verbinden zich tot een neutraal complex.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
- neutralisme, [1] neutraliteit, neutron
Vertalingen
1. geen partij kiezend in een conflict
Gangbaarheid
- Het woord neutraal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'neutraal' herkend door
100 % | van de Nederlanders |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -aal in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Scheikunde in het Nederlands
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %