Naar inhoud springen

meerderheid

Uit WikiWoordenboek
  • meer·der·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord meerderheid meerderheden
verkleinwoord meerderheidje meerderheidjes

demeerderheidv

  1. een groep die binnen een groter geheel in aantal meer dan de helft uitmaakt
    • De meerderheid van de ouderen heeft een vitamine D-tekort. 
     Johnson treedt ook per direct af als partijleider van de Conseratieve Partij. Vorige maand overleefde hij nog een vertrouwensstemming, toen een meerderheid van zijn partijgenoten vond dat hij kon aanblijven. Nu tientallen leden van zijn kabinet zijn opgestapt, treedt Johnson alsnog terug.[1]
     Met het hennepverbod wil de rechts-conservatieve meerderheid onder leiding van Giorgia Meloni naar eigen zeggen een grijs gebied in de wetgeving wegwerken.[2]
  1. superioriteit

In de meerderheid zijn

  • Een overwinning behalen dankzij het overwicht in aantal.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]
  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.
  1. Bronlink geraadpleegd op 6 juli 2022 Weblink bron “Britse premier Johnson stapt op, maar blijft zitten tot opvolger bekend is” (onderdag 07 juli 2022), NU.nl
  2. Bronlink geraadpleegd op 13 april 2025 Weblink bron
    Heleen D'Haens
    “Hennepverbod Italië wekt verbazing: 'net zo gevaarlijk als een kerstomaatje'” (13 april 2025), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be