marge
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mar·ge
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘rand van pagina’ voor het eerst aangetroffen in 1391 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | marge | marges |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (typografie) opengelaten ruimte aan de rand van een bladzijde
- Er stond een opmerking in de marge.
- (figuurlijk) de speelruimte in een bepaalde situatie
- Er is niet veel marge in deze zaak.
- (financieel) het winstpercentage van een prijs
- Een marge van 1% is niet ongewoon voor een supermarkt.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Anagrammen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord marge staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'marge' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Typografie in het Nederlands
- Figuurlijk in het Nederlands
- Financieel in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %