kinderoppas
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kinderoppas (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kin·der·op·pas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kind en oppas met het invoegsel -er-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kinderoppas | kinderoppassen |
verkleinwoord | kinderoppasje | kinderoppasjes |
Zelfstandig naamwoord
kinderoppas m
- een persoon die op andermans kinderen past
- ▸ Bakker heeft het misbruik altijd ontkend. Hij zegt geen seksuele relatie met zijn kinderoppas te hebben gehad voordat zij achttien was.[1]
- ▸ Het probleem was dat mama bijna de hele zomer op haar werk als maître d'hôtel moest zijn. Ze kwam maar om het weekend naar ons toe en af en toe een paar losse dagen. Dat hield in dat ik de hele tijd kinderoppas van Acke moest spelen.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
- kindermeisje, min, nanny, au pair, baboe
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord kinderoppas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kinderoppas" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron “Voormalige verslavingsgoeroe Keith Bakker krijgt fors lagere straf in hoger beroep” (13 jul 2022), NU.nl
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044632767
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be