kent
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kent (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /kɛnt/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /kɛnt/
Woordafbreking
- kent
Werkwoord
vervoeging van |
---|
kennen |
kent
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kennen
- Jij kent.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kennen
- Hij kent.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kennen
- Kent!
Turks
Woordafbreking
- kent
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | kent | kentler |
genitief | kentin | kentlerin |
datief | kente | kentlere |
accusatief | kenti | kentleri |
locatief | kentte | kentlerde |
ablatief | kentten | kentlerden |
Zelfstandig naamwoord
kent