honds
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- honds
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | honds | hondser | hondst |
verbogen | hondse | hondsere | hondste |
partitief | honds | hondsers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
honds
- onbeschoft en brutaal
- Men zou kunnen denken dat honds is afgeleid van het grove gedrag van honden, maar het heeft waarschijnlijk eerder betrekking op de ruwe manier waarop sommige mensen de trouwe viervoeters behandelen.
Synoniemen
Vertalingen
Zelfstandig naamwoord
honds o
- de taal die honden spreken
Gangbaarheid
- Het woord honds staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "honds" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[6] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ honds op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Uit de bocht” (2012), A.W., Bruna Uitgevers, ISBN 9789044967357
- ↑ Weblink bron Rachel Federman“Hoe slim is je hond?: de leukste test voor jou en je hond” (2017), HarperCollins Holland, ISBN 9789402753851, p. 37
- ↑ Thomas de Veen“ (13 augustus 2014), NRC
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -s in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 95 %
- Prevalentie Vlaanderen 92 %