grof
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: grof (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /χrɔf/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣrɔf/
Woordafbreking
- grof
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘groot, ruw’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | grof | grover | grofst |
verbogen | grove | grovere | grofste |
partitief | grofs | grovers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
grof
- fors.
- Er werd grof geschut gebruikt.
- ▸ Ondanks alle waarschuwingen van Mutti om geen schandaal te veroorzaken bij de diploma-uitreiking was ze er toch buitengewoon goed in geslaagd, ze had een gecommitteerde op de grofst mogelijke manier beledigd door hem zowel een idioot als een nazi te noemen en kreeg komisch genoeg als straf een lager cijfer voor Duits.[2]
- ruw van makelij
- Hij bezat alleen grof aardewerk.
- onbeschaafd.
- Hij sloeg de hele tijd grove taal uit.
- ▸ Met een zwaar Israëlisch accent waren al zijn grappen bezaaid met grove straattaal.[3]
- buitengewoon groot of veel
- Ik verdien grof geld sinds de start van dat project.
Antoniemen
- [2]: fijn
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Gangbaarheid
- Het woord grof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "grof" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ "grof" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044628142
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be