farmacologie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • far·ma·co·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord farmacologie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de farmacologiev

  1. (wetenschap) (scheikunde) de wetenschap van het bestuderen van de wisselwerking tussen farmaca met de menselijke fysiologische processen.
    • De farmacologie maakt onderdeel uit van de leer der farmacie. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid


Roemeens

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

farmacologie

  1. (wetenschap) farmacologie