elegant
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ele·gant
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bevallig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1784 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | elegant | eleganter | elegantst |
verbogen | elegante | elegantere | elegantste |
partitief | elegants | eleganters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
elegant
- een prettige uitstraling hebbend door de subtiele afwerking
- Zij kan werkelijk zeer elegante bewegingen maken.
- Albert mocht hem niet. Misschien omdat hij knap was. Een lange, slanke, elegante vent met een bos golvend donkerbruin haar, een rechte neus en prachtig getekende smalle lippen. En donkerblauwe ogen. [2]
- ▸ Toen ik zei dat ik helaas nog niet wist hoelang ik van plan was te blijven en dat ik hoopte dat dat geen probleem zou zijn, wuifde hij mijn zorgen weg met een elegant handgebaar en bezwoer hij mij dat het een eer was voor het etablissement en een persoonlijk genoegen voor hemzelf om mij als gast te mogen beschouwen en dat hij alleen maar kon wensen dat deze vreugde langdurig zou mogen zijn.[3]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een prettige uitstraling hebbend door de subtiele afwerking
Gangbaarheid
- Het woord elegant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "elegant" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "elegant" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Lemaitre, PierreTot ziens daarboven 2014 ISBN 9789401601931 pagina 12
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 14
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be