deskundige

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • des·kun·di·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord deskundige deskundigen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deskundige v/m

  1. (beroep) iemand die door beroep, studie of ervaring in het bijzonder bevoegd is tot het beoordelen van een zaak of het uitvoeren van een taak vaak van specialistische aard
    • - een deskundige erbij halen lijkt me zinvol maar hoe weten we of het geen deskundoloog is? 
    • - Iedereen moet zich zo nu en dan uitspreken over complexe kwesties bij referenda of verkiezingen. Het is onmogelijk om overal alles van te weten. Enige hulp van deskundigen is daarbij handig, zo niet noodzakelijk. Een klein eerherstel voor de ‘elites’ kan geen kwaad; zodat niet elke uitspraak, van wie dan ook, wordt gelijkgesteld als ‘ook maar een mening’. Enige weging van de argumenten door deskundigen is nuttig en niet meteen een complot.[1] 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Bijvoeglijk naamwoord

deskundige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van deskundig

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. NRC Steven Brakman en Harry Garretsen Hoogleraren economie verbonden aan de RU Groningen. H. Albers Spierings MaurikH.J. van den Doel, LeidenThijs Spigt PhD 2 juli 2016
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be