demonstratie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

[1] Demonstratie van een Spaanse dans.
[3] demonstratie in Almelo
[4] demonstratie van de stelling van Pythagoras
Uitspraak
Woordafbreking
  • de·mon·stra·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van demonstreren met het achtervoegsel -atie
    • [1], [4] via Frans démonstration of direct van Latijn  dēmōnstrātiō  , in de wetenschappelijke betekenis van ‘betoging, bewijsvoering’ voor het eerst zo gedefinieerd in 1553 [1]. De algemene betekenis van 'aantonen' is voor het eerst aangetroffen in 1596 [2].
    • [2] van Engels, in de betekenis 'machtsvertoon' aangetroffen vanaf 1826 (zie vindplaats hieronder)
    • [3] van Engels, in de betekenis 'betoging, protest mars' aangetroffen vanaf 1843 (zie vindplaats hieronder)
enkelvoud meervoud
naamwoord demonstratie demonstraties
verkleinwoord demonstratietje demonstratietjes

Zelfstandig naamwoord

de demonstratiev

  1. het tonen en uitleggen van iets
    • Ze gaven een demonstratie van de nieuwste auto op elektriciteit. 
     Deze indrukwekkende demonstratie van betrokkenheid van de kant van de majordomus had een onverwachte uitwerking op de gevleide dichteres. Ze begon te schateren, waarbij zichtbaar werd hoe haar tanden verankerd waren in de met roze tandvlees overtrokken mandibula van haar schedel. Het was bijna angstaanjagend hoe grappig zij de goedbedoelde declamatie van haar eigen meesterwerk achtte.[3]
  2. (militair) machtsvertoon om de vijand te intimideren
    [4]
    [5]
  3. (politiek) betoging, protestmars
    • De medewerkers hielden een demonstratie tegen de verruimde openingstijden. 
    [6]
  4. (wetenschap) (wiskunde) rechtstreekse bewijsvoering
     Wat eene demonstratie is, heb ik al lang geweten, en reeds op de latijnsche school geleerd. Dit bastaardwoord stamt af van denonstratio, demonstrare, dat, getrouwelijk overgezet zijnde, beteekent: een bewijs of betoog, gelijk demonstreren bewijzen , betoogen beteekent, Er zijn verschillende soorten van bewijzen, als regtsgeleerde, godgeleerde, wijsgeerige, historische, wiskundige en meer andere. Zij verschillen mede grootelijks in kracht en volledigheid. Er zijn sterke, minder sterke en zwakke bewijzen. Weinigen zijn van eene zoo voldingend betoogende kracht, dat er geenerhande twijfeling omtrent de waarheid der zaak kan overblijven. Dit heeft alleen plaats bij rekenkundige of wiskundige voorstellen. Daarom kunnen ook de wiskunstenaars met regt, zoo als zij gewoon zijn, onder hunne voleindigde demonstratie van eene mathematische propositie met regt zetten Q. E. D, quod erat demonstrandum, dat te bewijzen was.[7]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[8]

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

  1. Jan van Mussem, 1553. Rhetorica, dye edele const van welsegghene, Philips de Lens, Brussel dbnl.org
  2. "demonstratie" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  3. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers op Wikipedia, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 32
  4. Bronlink geraadpleegd op 15-06-2020 Weblink bron “Duitsche Post” (15-04-1843), Algemeen Handelsblad, Amsterdam, p. 1.
  5. Bronlink geraadpleegd op 15-06-2020 Weblink bron “Frankfort den 29 September” (03-10-1826), Rotterdamsche Courant, Rotterdam, p. 1.
  6. Bronlink geraadpleegd op 15-06-2020 Weblink bron “GROOT-BRITTANNIE” (08-06-1843), Opregte Haarlemsche Courant, Haarlem, p. 2.
  7. Bronlink Weblink bron Mengelwerk, demonstratie (31-07-1834) in: Arnhemsche courant, Arnhem, C.A. Thieme, p. 3.
  8. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be