bezorgdheid
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bezorgdheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·zorgd·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bezorgdheid | bezorgdheden |
verkleinwoord | bezorgdheidje | bezorgdheidjes |
Zelfstandig naamwoord
bezorgdheid v
- bekommering wegens iets dat al of niet zal of kan gebeuren
- ▸ Zij had me gevraagd om altijd een extra liter water mee te nemen, zodat ik nooit zonder zou komen. Ik was erg ontroerd door haar bezorgdheid, maar ook door haar praktische advies.[1]
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord bezorgdheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bezorgdheid" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be