beuzelarij

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  beuzelarij    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌbøzəlaˈrɛi / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• beu·ze·la·rij

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van beuzelen met het achtervoegsel -arij

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	beuzelarij	beuzelarijen
verkleinwoord	beuzelarijtje	beuzelarijtjes

Zelfstandig naamwoord

beuzelarij v

1. iets onbenulligs

   • Wat een beuzelarij allemaal. 

Synoniemen

• kleinigheid, nietigheid, futiliteit, trivialiteit, bagatel, onbeduidendheid, onbenulligheid, wissewasje

Verwante begrippen

• beuzelaar, beuzelen

Gangbaarheid

• Het woord beuzelarij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "beuzelarij" herkend door:

57 %	van de Nederlanders;
65 %	van de Vlamingen.