beduchtheid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beduchtheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·ducht·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beduchtheid | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de beduchtheid v
- toestand van vrees en angst; hoe bang iemand is
- ▸ Volgens onderzoeker Peter Kanne zijn er drie zaken waar Nederlanders zich vooral zorgen om maken. Er is medeleven met de slachtoffers van de oorlog, mensen zijn bang voor de consequenties voor de wereldorde (escalatie, Derde Wereldoorlog, nucleaire aanval) en er is beduchtheid voor de gevolgen voor Nederland zelf."[1]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord beduchtheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Nederlanders voor opvang Oekraïense vluchtelingen; meer vertrouwen in EU” (Dinsdag 8 maart 2022, 15:59), NOS