Naar inhoud springen

aanaarden

Uit WikiWoordenboek
  • aan·aar·den

samenstelling van  aan  en  aarden 

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanaarden
aardde aan
aangeaard
zwak -d volledig

aanaarden

  1. overgankelijk (landbouw) de grond rondom ophogen, met aarde bedekken
32 % van de Nederlanders;
38 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be