horní

Uit WikiWoordenboek


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɦɔrɲiː/
Woordafbreking
  • hor·ní
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandige naamwoord hora met het achtervoegsel -ní

Bijvoeglijk naamwoord

horní

  1. boven-; zich boven bevindend
    «Bydlím v horním poschodí.»
    Ik woon in de bovenverdieping.
  2. bovenste; een grote hoeveelheid eigendommen of macht hebbend
  3.  mijn- zn ; met betrekking tot mijnen
    «Prezident vetoval horní zákon.»
    De president vetode de mijnbouwwet.
Verbuiging


Vervoeging
Synoniemen
  1. vrchní, hořejší, hoření
  2. bohatý, hořejší, hoření
  3. důlní, báňský
Antoniemen
  1. dolní, dolejší, dolení, spodní
  2. dolní, spodní, chudý
Verwante begrippen
Typische woordcombinaties
  • horní část těla – opperlichaam
  • horní právo omijnbouwrecht
  • Horní Rakousko oOpper-Oostenrijk

Verwijzingen